Nieuwsbrief
Januari 2017
Actualiteit
Het Achtste Werkcongres
De achtste editie van het Werkcongres (deSingel, 7 januari) was andermaal een succes. De formule werd aan de hand van suggesties van leden aangepast, wat het congres zonder meer ten goede kwam. Onze dank daarvoor, en suggesties blijven meer dan welkom. We kijken nu al uit naar het volgende congres.
VAV wenst met nadruk ook de vele uitstekende sprekers te danken, die zich veelal vrijwillig hebben ingezet om de panelgesprekken op een hoog niveau te brengen en het Werkcongres daarmee mogelijk te maken. Het stemt ons erg gelukkig dat er elk jaar weer een grote bereidwilligheid blijkt te zijn bij experts en auteurs om hun kennis te delen.
U moet nog even geduld oefenen, maar we brengen zeker nog verslag uit van enkele sessies.
Prijs voor het Meest Auteursvriendelijke Podium
Op het VAV-Werkcongres werd dit jaar ook de Prijs voor het Meest Auteursvriendelijke Podium toegekend, een primeur. De eer was weggelegd voor Zin in Zomer: lees meer hier.
Nieuwe exploitatievormen
Er komen VAV meldingen van leden ter ore van nieuwe exploitatievormen, zonder vergoeding voor de auteur. Het betreft streamingdiensten, waarbij het doelpubliek inschrijft voor een abonnementsformule en zo onbeperkt toegang krijgt tot het werk van de auteurs die hebben toegezegd. Zij delen echter niet in de vergoeding: de terbeschikkingstelling van hun materiaal moet voor ‘promotie’ doorgaan, een aloud excuus. VAV raadt ten stelligste af hierop in te tekenen: het betreft een verdienmodel en daar hoort elke partnerzijn deel in te krijgen.
We vragen leden ons steeds op de hoogte te brengen wanneer hen een dergelijk voorstel wordt gedaan. Zo houden we de vinger aan de pols, kunnen we u goed informeren en indien nodig actie ondernemen.
Inkomensonderzoek
Het inkomensonderzoek dat door de UGent werd gevoerd in 2016 is afgerond, en de resultaten zijn gekend. Een uitgebreid verslag bieden we volgende maand, maar we kunnen nu al een eerste vergelijking doen met ons eigen VAV-onderzoek uit 2011.
hoewel 1-op-1 vergelijkingen niet mogelijk zijn (door de verschillende vraagstelling en de rapporteringswijze van de inkomenscijfers), vinden we toch een aantal gelijklopende conclusies en tekenen zich voorzichtig een aantal ontwikkelingen af:
- De afhankelijkheid van inkomsten uit niet-literaire activiteiten is groter geworden (46% in 2011, nu 55%).
- Binnen het gemiddelde inkomen (literaire activiteiten) is het aandeel van de subsidies gestegen (+ 12 %) en dat van de lezingen (- 3%) en andere literaire activiteiten (- 6%) lichtjes gedaald. Het aandeel van de royalty’s is stabiel gebleven (30%).
- De groep die naar eigen zeggen kan rondkomen van inkomsten uit literair werk is lichtjes groter geworden: van 20% naar 22,8%.
- De kloof met het modale inkomen van de Vlaming is niet verkleind.
Voor literair vertalers en illustratoren zijn in het nieuwe inkomstenonderzoek geen afzonderlijke cijfers beschikbaar. In een aanvullende analyse hopen we die meer gedetailleerde vergelijking alsnog te kunnen maken.