Artificiële intelligentie

AI en auteursrechten: elke dag staat er wel een artikel over in de krant. De technologie evolueert dan ook aan een gejaagd tempo: ChatGPT zit momenteel al aan zijn vijfde versie. Hoe dat zich verhoudt tot de rechten van auteurs, is momenteel nog niet zonneklaar. Al werd er begin december wel een eerste akkoord bereikt op Europees niveau om AI binnen een wetgevend kader te regelen. Zo zullen er voor generatieve AI, zoals bv ChatGPT, transparantie- en andere specifieke verplichtingen gelden. Hoe deze verplichtingen er juist zullen uitzien zal de komende maanden duidelijk worden, want op de tekst is het nog even wachten.

Samen met de European Writers Council (EWC) volgt VAV deze ontwikkelingen van dichtbij op. In afwachting van een duidelijk juridisch Europees kader, geven we jullie toch graag al enkele aandachtspunten mee:

 

1. Aan de inputzijde

AI ‘voedt’ zich door auteursrechtelijk beschermde werken, zoals teksten, foto’s, beelden, muziek en audiovisuele werken op het internet te screenen. Hierbij wordt nagelaten de voorafgaande toestemming aan de auteur te vragen en wordt evenmin gecontroleerd of de werken wel rechtmatig gepubliceerd werden of of het om illegale downloads van bv e- of audioboeken gaat. Op dit moment geven AI-bedrijven daarover geen enkele transparantie mee.

Bovendien beroepen AI-bedrijven zich op de bepaling over tekst- en datamining. Het betreft hier een nieuwe uitzondering op het reproductierecht dat in het leven werd geroepen door de auteursrechtrichtlijn en ondertussen omgezet in nationale wetgeving. Op basis van deze uitzondering mag je online tekst en gegevens analyseren om informatie te genereren en dit met het oog op wetenschappelijk onderzoek of wanneer de auteur geen voorbehoud heeft gemaakt (opt-out). Het gebruik van deze uitzondering voor het trainen van AI staat echter ter discussie. Zo kan deze reproductie enkel in specifieke gevallen, wanneer de normale exploitatie van het werk niet wordt belemmerd en de belangen van de auteur niet worden geschaad. Volgens de EWC gaat het trainen van AI-bots verder dan dat.

Zolang we in juridische onzekerheid leven, raden we aan voor een opt-out te kiezen. Al is niet echt duidelijk hoe zoiets juist werkt. Volgens de wet moet je je bezwaren ‘op passende wijze’ kenbaar en kan dat door ‘machinaal leesbare middelen’ te gebruiken. Voor websites zou dit al mogelijk zijn, voor PDF-bestanden voorlopig niet. Toch kunnen we aanbevelen om aan je uitgever te vragen om voor deze opt-out te kiezen en je online werken van een code te voorzien.

 

2. Aan de outputzijde

Als je de hulp van AI inschakelt tijdens het creatieproces, let dan op dat je zelf geen auteursrechtelijk beschermde werken gaat gebruiken. Zoals gezegd, werd vaak geen toestemming aan de rechthebbenden gevraagd door de AI-bedrijven tijdens het trainen van hun schrijfbots. We raden dan ook af teksten en beelden door AI gegenereerd zomaar over te nemen. Het gebruik kan natuurlijk wel een hulpmiddel zijn tijdens de onderzoeksfase of om je op ideëen te brengen. Maar ook daar is voorzichtigheid geboden.

De AI-Act zal ook voorzien in transparantieverplichtingen bij het gebruik van generatieve AI. Dat houdt in dat je het zal moeten melden wanneer je werk gemaakt werd met AI. Al is het voorlopig afwachten hoe deze transparantie er precies zal uitzien.