Leeuw zonder tanden, pauw zonder staart

De feiten

Eergisteren verspreidde zich het nieuws dat sponsor Fintro niet langer de Boekenleeuw en Boekenpauw sponsort, twee belangrijke prijzen voor de Vlaamse (geïllustreerde) kinder- en jeugdliteratuur. De prijzen bestaan sinds de jaren 1980 en zijn een initiatief van Boek.be. De bank Fintro had zijn terugtrekking een tijd geleden aangekondigd, ondanks het vroegere, door hetzelfde Fintro aangekondigde engagement op de lange termijn.

Eerder al werd de Gouden Uil voor Jeugdliteratuur afgeschaft, en werden de Vlaamse Cultuurprijzen op bedenkelijke wijze herschikt: het hele letterendomein krijgt per jaar nog één prijs. (Lees: besparingen.) Er is dus nu nog één prijs voor proza, poëzie, kinder- en jeugdliteratuur, essay, vertalingen, theater. Tot voor kort waren dat jaarlijks twee prijzen, en bovendien met een toerbeurt. Het kan dan ook dat bepaalde genres nu helemaal uit de boot vallen. Of slechts om de tien jaar een prijs krijgen.

Gisteren 17 maart verspreidde Boek.be een persbericht met daarin onder meer deze mededeling: “Ondanks recente onheilstijdingen worden deze belangrijke ‘prijsbeesten’ ter ondersteuning van onze kinder- en jeugdauteurs en illustratoren ook dit jaar opnieuw uitgereikt! Boek.be onderhandelt momenteel met nieuwe, enthousiaste ondersteunende partners die het mogelijk maken om deze gegeerde prijzen komend najaar, tijdens de Boekenbeurs, uit te reiken.”

Nog meer feiten: jaarlijks verschijnen een kleine 5000 nieuwe kinder- en jeugdboeken, zowat 4400 ‘volwassen’ boeken en 1100 strips. In Nederland, collega-gastland op de Frankfurtse boekenbeurs, heb je intussen de Gouden Griffel, het Gouden Penseel, de Woutertje Pieterse Prijs. Prijzen zijn een blijk van waardering voor een auteur of illustrator, ze geven reliëf aan het landschap, zorgen voor aandacht in de media, lichten op wat kwaliteit heeft…

Dat ook het recensietijdschrift Boekenwelp moest verdwijnen, is van een andere orde, maar net zo goed tekenend. De dierentuin loopt leeg.

De lessen

Wat leert VAV hieruit, behalve dat ‘nieuws’ soms rare kronkels maakt, dat feiten ertoe doen en dat Boek.be zacht gezegd erg vreemd heeft gecommuniceerd?

Dat je je moet hoeden voor bepaalde privésponsors die langetermijnbeloftes doen. Een nieuwe chief executive officer volstaat om de langetermijnbeloftes meteen richting vergetelheid te katapulteren.

En vooral: dat er sprake is van een zorgwekkend tanende maatschappelijke appreciatie en aandacht voor het betere kinder- en jeugdboek (en voor andere genres, maar dat is niet het onderwerp van dit bericht). Onder meer met prijzen en andere lofbetuigingen die iets meer zijn dan een vrijblijvend schouderklopje laat een samenleving zien dat ze mensen en hun bezigheden belangrijk vindt. Als dat uitgangspunt klopt, dan blijkt die samenleving van ons het betere boek voor kinderen en jongeren van langsom minder belangrijk te vinden. Dat is erg vreemd, in tijden waarin zowat iedereen de lof zingt van (voor)lezen en het belang daarvan aangeeft voor ongeveer alles: taalgevoel, taalbeheersing, gelijke kansen, creativiteit, empathie, de verbeelding waar we met z’n allen zoveel nood aan hebben…

 

De hoop

Jeugdige prijsbeesten staan dit voorjaar in de kou, dat is een zekerheid. Boek.be spreekt van de Boekenbeurs als nieuw moment suprême. We houden hen aan hun woord, maar een koude lente is alvast geen winst.

VAV is ook van mening dat een prijs een Prijs moet zijn, en dus substantieel. Symbolische schouderklopjes zijn als de fles wijn en de ruiker bloemen na een lezing: je wordt er misschien vrolijk van, maar je koopt er niets mee. Die prijs moet ook de kwaliteiten van de boeken centraal stellen, en niet de promotionele belangen van de betrokkenen.

Hier ligt een kans voor privésponsors en bedrijfsleiders, auteursrechtenverenigingen en uitgeversclubs, mecenassen, stichters van fondsen en stichtingen en alle mensen van een beetje goede wil: doe iets. Voor u zal de investering peanuts zijn, maar voor de kinder- en jeugdliteratuur is de symboliek erg belangrijk. Hierboven leest u wat u maatschappelijk kunt betekenen.

Hetzelfde geldt voor de Vlaamse Gemeenschap, met name de ministers van Cultuur en Onderwijs. Zouden ook zij goed willen kijken naar hoe ze het maatschappelijke belang van kinder- en jeugdliteratuur met zo’n recurrente prijs opnieuw in de verf zouden kunnen zetten? Zij hebben hier een voorbeeldfunctie. Een minister die pleit voor meer privésponsoring voor kunst en cultuur moet er ook voor zorgen dat bestaande projecten continuïteit aan de dag kunnen leggen. Met name prijzen zijn daarbij gebaat. Daar kan de Vlaamse Gemeenschap een rol spelen.

 

 

Herman De Coninckprijs

Dat ook de Herman De Coninckprijs voor poëzie is bedreigd, is een heel ander verhaal. Dat heeft alles te maken met de provincies (in dit geval Antwerpen) die straks hun culturele bevoegdheden verliezen. Daarvan is op dit moment bekend dat de provinciale middelen voor literatuur en leesbevordering met een regionaal overschrijdend karakter naar Cultuur op Vlaams niveau gaan. Uit de beheersovereenkomst van het Vlaams Fonds voor de Letteren blijkt dat de intentie bestaat om die middelen naar het VFL over te hevelen.

Wat dat concreet voor de Herman De Coninckprijs betekent, is momenteel niet duidelijk. Zoals er rond de overdracht van bevoegdheden nog heel veel onduidelijk is, niet alleen voor de letteren. De komende maanden moet die mist optrekken.