De drastische besparingen die werden doorgevoerd in het Nederlandse cultuurbeleid hebben ook het Nederlands Letterenfonds tot een aanpassing van het subsidiebeleid gedwongen. Hierover bestaat enige onduidelijkheid. VAV zet voor u de zaken die veranderen op een rijtje:
- jaarlijks wordt een half miljoen euro minder ter bechikking gesteld voor de werkbeurzen; alle beurzen gaan omlaag, met de meest ingrijpende gevolgen voor auteurs die al vijf keer of vaker een werkbeurs ontvingen (maximum 30.000 euro). Er is met andere woorden geen stopzetting van subsidies na de vijfde aanvraag zoals wel eens wordt geopperd;
- regelingen met een inkomensvoorzienend karakter moeten worden stopgezet;
- het principe van recoupment (terugbetaling beurzengeld bij succes) en criteria als ‘publieksbereik’ en ‘cultureel ondernemerschap’ worden opgenomen in de beoordelingscriteria;
- de inkomensgrens wordt verlaagd van 51.000 euro naar 45.000 euro belastbaar gezamenlijk inkomen per jaar; indien dit wordt overschreden dient een deel van de subsidie te worden terugbetaald;
- de dubbele aanvraagmogelijkheid met het Vlaams Fonds voor de Letteren wordt stopgezet;
- de stimuleringsregeling voor debutanten wordt geïntegreerd met de werkbeurzen;
- initiatieven om het publieksbereik te vergroten en voor uitgebreidere buitenlandpromotie;
- nog slechts één aanvraagronde per jaar;
- toneelschrijvers komen nog slechts in aanmerking voor subsidie wanneer hun werk in boekvorm wordt gepubliceerd.